Ik moet eerlijk zeggen dat ik enorm geniet van deze nieuwe benadering van het houden van duiven. Het is even wennen geweest, maar de relaxte manier waarop ik nu mijn duiven verzorg bevalt me uitstekend, iets wat ik nooit had verwacht. De vier oude duiven die ik heb overgehouden, spelen met veel plezier op de tot nu toe prachtige dagfondvluchten. Ik weet dat ze misschien niet de snelsten zijn, maar het zijn wel echte doorzetters. Zelfs tijdens de paar pittige vluchten die we hebben gehad, presteren ze verrassend goed en behalen ze mooie resultaten.
Nog één week te gaan
Komende week geef ik mijn kleine ploegje van drie weduwnaars volop de aandacht om zich weer optimaal voor te bereiden op de volgende uitdagende dagfondvlucht van maar liefst 650 kilometer. Het is een flinke afstand, maar ik ben ervan overtuigd dat ze er klaar voor zullen zijn.
Onzin, die duiventheorieën
Onlangs hoorde ik een clubgenoot zeggen dat er in de duivensport eigenlijk geen ruimte is voor theorieën, en daar kan ik me volledig bij aansluiten. Als ik kijk naar de drie doffers waar ik alles voor doe, dan is het duidelijk dat ze de volle aandacht krijgen. Ze worden volledig belicht, krijgen een extra pindaatje als traktatie en ik voeg zelfs wat olie toe aan hun voer. Je kent dat wel, die hele poppenkast eromheen. Maar dan heb ik ook nog dat prachtige zwart-witpen duivinnetje dat zo’n geweldige prestaties neerzet. Uiteraard laat ik haar niet tussen de drie doffers zitten, nee, zij heeft haar eigen plekje, een schuifdeur verderop, mag zij tussen de jonge duiven zitten.En weet je wat zo interessant is? De jonge duiven zitten nog steeds verduisterd. Ze worden behoorlijk krap en licht gevoerd, en toch gaan ze gewoon mee met het africhten. Een rustdag is er zelden bij voor hen. Dus wat mij betreft kunnen al die duiventheorieën zo de prullenbak in. Het is eigenlijk heel simpel: op donderdag open ik de schuifdeur en breng ik het duivinnetje met haar berg jongen naar de drie doffers. Het is gewoon één groot feest, en het resultaat mag er zijn. Tot nu toe hebben we twee keer op rij mooie resultaten behaald, zelfs in vergelijking met de grootmeesters. Geweldig toch?
Niet helemaal tevreden
De jonge duiven doen het tot nu toe goed tijdens de africhtingen. Het oriëntatiesysteem werkt naar behoren, waardoor we gelukkig nauwelijks verliezen hebben (even afkloppen). Voordat je het weet, kan je hok leeg zijn, en dat kan ons allemaal overkomen.
Maar als je vraagt of ik tevreden ben, moet ik eerlijk zeggen dat dat niet het geval is. Het probleem is moeilijk te omschrijven, maar ze zien er niet echt strak uit. Hun kop en nek zijn wat losjes, en hun ogen zijn niet echt helder. Het is gewoon net niet perfect. Natuurlijk zou je zeggen dat ik ze dan een behandeling tegen ornithose en geel moet geven, maar dat heb ik al gedaan. Gelukkig hebben we nog twee weken, dus we blijven experimenteren. Het komt vast wel goed, toch?